Lijstweergave
- 1307 mei 7
-
Schepenen van Grave oorkonden dat Jacob van Haps alias van Gameren en zijn echtgenote Hiskiena verklaren dat zij na hun dood aan het gasthuis te Grave en aan de Tafel van de Heilige Geest aldaar hun erfgoed te Haps schenken, op voorwaarde dat de rectoren van beide instellingen hun jaargetijde en dat van Wouter, broer van Jacob, vieren.
- 1307 mei 25
-
Schepenen van Grave oorkonden dat Mathias, zoon van Mathias van Laar, aan zijn broer Bado, geestelijke, een jaarlijkse erfcijns van tien schelling verschuldigd is, gevestigd op zijn erfgoed binnen de muren van Grave.
- 1307 november 18
-
Jan I, heer van Cuijk, verklaart dat hij met instemming van schepenen, gezworenen en poorters van Grave aan Jan, zoon van Lidekin, Ywein en Gijsbert, zonen van Gijsbert Gruter, Arnoud Lauwart, Willem van Wijchen, Jan Minnensone en Hubert, zoon van Geertrui, ten voordele van de inwoners van Grave gemene gronden te Grave geeft tegen een jaarlijkse erfcijns van 40 pond zwarte Tournoois, onder diverse voorwaarden met betrekking tot het dijkonderhoud en het recht van overpad naar de visplaats.
- 1309 mei 9
-
Schepenen van Grave oorkonden dat Dirk Hort verkoopt ten behoeve van de Tafel van de Heilige Geest te Grave een jaarlijkse erfcijns van tien schelling, gevestigd op zijn huis en erf te Grave.
- 1310 februari 7
-
Schepenen van Grave oorkonden dat Marcelis Marceliszn. van Langel, schaapherder, aan de Tafel van de Heilige Geest te Grave een jaarlijkse erfcijns van 22 schelling en zes penning verschuldigd is, gevestigd op land te Velp.
- 1310 juli 15
-
Schepenen van Grave oorkonden dat Werner van de Velde aan Jacob van Gameren een jaarlijkse erfcijns van 20 schelling verschuldigd is, gevestigd op zijn erfgoed te Grave tussen de openbare straat en de stadsmuur.