U bent hier: Home Database Oorkonden

Lijstweergave

Totaal 62 oorkonden
1254 (april 11 - 1255 maart 27)

Schout en schepenen van Grave oorkonden dat abt en convent van Mariënweerd aan Udo van Loen dertig schelling Leuvens geven in ruil voor de kwijtschelding van tien cijnspenningen die zij aan hem verschuldigd zijn uit goederen te Hal en alle recht dat Udo ten aanzien van hun klooster heeft

1284 augustus 3

Brustijn, schepen en vice-schout van Grave, en schepenen van Grave oorkonden dat Hille, dochter van Gozewijn van Mill, haar roerende en onroerende goederen zeven jaar eerder aan de abdij Mariënweerd heeft geschonken en dat zij deze schenking samen met haar voogd, Jan Neve, inwoner van Mill, hernieuwt.

1290 april 22

Floris V, graaf van Holland, verleent aan de poorters van Grave tolvrijheid in Holland en Zeeland.

1291 mei 1

Jan I, heer van Cuijk, schenkt voor de opvang van de armen in een gasthuis te Grave en de bouw van een altaar aldaar een jaarlijkse rente van twintig pond Leuvens uit zijn cijnzen en tienden te Grave alsmede een jaarlijkse rente van vijf pond van Wellen van Gennep, bestemt vijftien pond daarvan voor het opdragen van de dagelijkse H. Mis op het altaar en wijst de bediening toe aan Hendrik van Grave, zoon van Hubert, priester. Zolang de bouw van het gasthuis niet voltooid is, zal de mis in de parochiekerk te Grave opgedragen worden.

1291 oktober 1

Schepenen van Grave oorkonden dat Gijsbert Drent, priester, van Bruist, burger van Grave, ten behoeve van zijn kinderen een jaarlijkse erfcijns van zes schelling en acht penning Leuvens verworven heeft, rustend op erfgoed te Grave.

1291 oktober 1

Jan I, heer van Cuijk, verzoekt Jan, bisschop van Luik, om zijn goedkeuring te hechten aan de stichting van het gasthuis en het altaar te Grave, zoals vastgelegd in een oorkonde d.d. 1291.05.01.

1294 januari 25

Schepenen van Grave oorkonden dat Hendrik Ronke, burger van Grave, verkoopt aan het gasthuis te Grave een jaarlijkse erfcijns van twintig schelling Leuvens, gevestigd op zijn huis en erf te Grave en op al zijn erfgoed gelegen in het veld Mars bij Grave en over de Maas.

1294 maart 23

Gijsbert Gruter, richter, en schepenen van Grave oorkonden dat Daniel van Mill en Hille, zijn echtgenote, al hun roerende en onroerende goederen aan abt en convent van Mariënweerd schenken en dat zij samen met hun zoon Herman plechtig afstand doen.

1294 oktober 15

Jan I, heer van Cuijk, ridder, draagt aan de pastoors van Cuijk, Beugen, Boxmeer en Sambeek en aan het Sint-Catharinagasthuis te Grave elk de helft van de novale tienden van Cuijk, Beugen, Boxmeer en Sambeek over, op voorwaarde dat het gasthuis jaarlijks aan ieder van de genoemde pastoors een sterling schenkt.

1294 oktober 18

Hendrik, pastoor van Cuijk, Peter, pastoor van Beugen, Hendrik, pastoor van Boxmeer, en Arnoud, pastoor van Sambeek, stemmen in met de schenking van de novale tienden van hun parochiekerken door Jan I, heer van Cuijk, ridder, d.d. 15 oktober 1294, waarbij de ene helft aan hen en de andere aan het Sint-Catharinagasthuis te Grave toekomt onder betaling aan ieder van hen van een jaarlijkse recognitiecijns van een sterling, en vragen goedkeuring en bevestiging van deze regeling aan hun prelaten en superieuren.

Document acties