U bent hier: Home Database Oorkonden

Lijstweergave

Totaal 12 oorkonden
1242 (april 18) - 1243 (april 10)

Willem, ridder, heer van Strijen, en zijn broers Hendrik en Hugo schenken aan de abdij Ter Doest bij wijze van instemming met de schenking door hun voorgangers het goed Heiligenberg met wildernis, moergrond, lage rechtsmacht en tiend alsmede de wateren binnen de omschreven grenzen en het visrecht, met name in de Grauinnen Sloed, en de halve visserij van de Mark.

1244 april 26

Willem, heer van Strijen, en zijn broers Hendrik en Hugo hechten hun goedkeuring aan de schenking door hun voorgangers van het goed Heiligenberg met wildernis, moergrond, lage rechtsmacht en tiend en dragen dit ook als schenking over aan de abdij Ter Doest. Tevens schenken zij binnen de omschreven grenzen van dit gebied de wateren met het visrecht, in het bijzonder in de Grauinnen Sloed, en de Mark tot halverwege de stroom met het visrecht en het recht om staalbomen te plaatsen, en staan de abdij toe de Grote Vorre af te dammen op voorwaarde dat zij een watergang aanleggen en onderhouden van de Grauinnen Sloed naar de Kleine Vorre.

1248 december 5

Rooms-koning Willem neemt naar het voorbeeld van zijn vader, graaf Floris IV van Holland, de abdij en de monniken van Ter Doest en al hun goederen in het graafschap Holland op in zijn bescherming, verleent hun tolvrijdom voor goederen bestemd voor eigen gebruik, stelt hun huidige, in Zeeland of elders in het graafschap gelegen goederen, voor altijd vrij van schot en vergunt hun het van de aldaar nog te verwerven goederen verschuldigde schot rechtstreeks af te dragen aan zijn rentmeesters en baljuwen tot het door hem vastgestelde bedrag, en bevestigt hen in het bezit van onder meer Heiligenberg.

1276 juli 23

Floris V, graaf van Holland, gelast Willem van Strijen de abdij Ter Doest in het ongestoorde bezit te laten van het goed Heiligenberg dat destijds door Willems voorgangers aan de abdij was geschonken.

1277 maart 17

Floris V, graaf van Holland, doet uitspraak in het geschil tussen abt en convent van Ter Doest enerzijds en Willem van Strijen anderzijds over het goed Heiligenberg, eertijds door Willems voorgangers aan de abdij geschonken, en bepaalt dat abt en convent in het ongestoorde genot van dat goed dienen te blijven en dat de abdij hiervoor aan Willem een rijpaard zal geven ter waarde van 70 pond Hollands of dat bedrag in geld.

1295 januari 15

Floris V, graaf van Holland en Zeeland, en heer van Friesland, doet na het overlijden van Willem, heer van Strijen, uitspraak in het geschil tussen abt en convent van Ter Doest enerzijds en Nicolaas, (heer) van Putten, rechtsopvolger en schoonzoon van Willem, anderzijds, en wijst Heiligenberg als vrij eigen goed toe aan de abdij, met uitzondering van de hoge rechtsmacht die toekomt aan Nicolaas, zijn echtgenote en hun nakomelingen. De abdij betaalt aan Nicolaas honderd pond nieuw Hollands en zal twee priesters aanwijzen die te Krabbendijke of in een te bouwen kapel te Heiligenberg de missen zullen opdragen voor het zielenheil van de voorouders van Willem, heer van Strijen, en Floris III.

1296 augustus 29

(Simon), abt van Sint-Gillis op de Publémont te Luik, bewaarder van de door de Heilige Stoel verleende oorkonden aan abt en convent van Ter Doest, gelast de priesters van Overdrage, Etten en Zevenbergen om de personen die de abdij, niettegenstaande de uitspraak van Floris V, graaf van Holland, in haar bezittingen en rechten te Heiligenberg hebben aangetast, te manen om deze op straffe van excommunicatie binnen acht dagen na hun maning aan de abdij te restitueren en de schade te vergoeden.

1297 juni 28

Nicolaas, (heer) van Putten, en zijn echtgenote Aleid, dochter van Willem, heer van Strijen, beloven zich te houden aan de uitspraak, gedaan door Floris V, graaf van Holland en Zeeland, heer van Friesland, d.d. 15 januari 1295, inzake de rechten van Nicolaas en de abdij van Ter Doest op het goed Heiligenberg. Jan I, graaf van Holland en Zeeland, heer van Friesland, bezegelt mede.

1297 juni 30

Schepenen van Overdrage en Niervaart oorkonden dat Jacob de Kok en veertien andere personen hun eigendommen en rechten te Heiligenberg, toebehorend aan de abdij Ter Doest, hebben opgedragen aan Ywein, drossaard van Nicolaas, (heer) van Putten, en dat Ywein deze aan Winnok, rentmeester, en Hendrik van Bredene, monniken van Ter Doest, overdraagt ten behoeve van de abdij.

[1296 juni 28¬-1299 november 10; waarschijnlijk voor 1299 september 15]

Jan I, graaf van Holland, vaardigt een oorkonde uit voor de abdij van Ter Doest inzake hun goed te Heiligenberg. (Deperditum)

Document acties