Lijstweergave
- 1300 januari 6
-
Jan II, hertog van Brabant, kent aan de heer van Cuijk honderd pond per jaar toe uit zijn inkomsten te ’s-Hertogenbosch. (Deperditum)
- 1301 juli 7
-
Schepenen van ’s-Hertogenbosch oorkonden inzake een erfcijns van tien schelling, gevestigd op een erf te ’s-Hertogenbosch. (Deperditum)
- 1302 april 13
-
Schepenen van 's-Hertogenbosch oorkonden dat Hendrik van Weregodshusen erkend heeft dat hij een jaarlijkse erfpacht van 1 mud rogge, gevestigd op goederen te Weregodshusen, die eerstgenoemde Hendrik reeds tegen een jaarlijkse erfcijns van 22 schelling en 6 penning hield van Hendrik Berwout, burger van 's-Hertogenbosch, verkocht heeft aan Hendrik Berwout.
- 130[2] augustus 5
-
Schepenen van 's-Hertogenbosch oorkonden dat Nicolaas, zoon van H. van Rosmalen, zijn grond te Rosmalen met de daarop rustende verplichtingen verkocht heeft aan Gijsbert genaamd Gijb van Gestel.
- 1303 januari 1
-
Meester Makarius van 's-Hertogenbosch, kanunnik van Luik, Hendrik van Rijkel, prior van Sint-Truiden, en Hessel van Drongelen, knaap van de heer van Heusden, doen als scheidslieden uitspraak in het geschil tussen Adam, abt van Sint-Truiden, en Jacob van Waalwijk, priester, enerzijds en Jan, heer van Heusden, en Wouter Tolreps anderzijds inzake het begevingsrecht van de kerk van Genderen.
- 1303 december 17
-
Jan II, hertog van Brabant, geeft aan de lieden van Waalwijk toestemming om drie jaarmarkten te houden te Waalwijk, respectievelijk op woensdag vóór Pinksteren, woensdag vóór Maria Hemelvaart en donderdag na Sint-Remigius. Deze laatste is de jaarmarkt die eerder te Gansoijen gehouden werd.
- 1305 maart 19
-
Schepenen van 's-Hertogenbosch oorkonden dat Jan van Slijpen overdraagt aan Rudolf Haneke een jaarlijkse erfcijns van 25 schelling, gevestigd op een huis en erf voorbij de Korenbrug te 's-Hertogenbosch. (Deperditum)
- 1305 april 15
-
Jan II, hertog van Brabant, beveelt de schout van 's-Hertogenbosch abt en convent van Berne bescherming te verlenen tegen alle onrecht.
- 1306 april 16
-
Jan II, hertog van Brabant, neemt de abdij van Berne in bescherming en maant Gerard, heer van Horn en Altena, Jan, heer van Heusden, Albert, heer van Herpen, ridder, en Willem, heer van Cranendonk, ridder, ervoor te zorgen dat niemand de abdij kwaad berokkent. Indien dit toch gebeurt, gelast hij de schout van 's-Hertogenbosch en de overige rechtsdienaars in de Meierij om de abdij bescherming te verlenen.
- 1306 juni 15
-
Willem III, graaf van Holland, vidimeert de oorkonden d.d. 1200, 1241 december 27 en 1222 februari 4-1234 juli 19, van Dirk VII en Aleid, graaf en gravin van Holland, Willem II, graaf van Holland, en Floris IV, graaf van Holland, verleend aan de abdij van Berne en bepaalt dat de abdij bij het innen van de cijns te Dordrecht zes kalfshuiden zal aanbieden voor zijn valkeniers.