Lijstweergave
- 1191
-
Hendrik, heer van Cuijk, draagt met instemming van zijn echtgenote Sofie en hun zoon Albert het allodium te Herpen op aan Hendrik I, hertog van Brabant, die het hem in leen geeft met een vergoeding van 40 mark Keuls en de tiend van Heesch.
- (1200 november 3 of kort daarna)
-
Beoorkond wordt de overeenkomst tussen Hendrik I, hertog van Brabant, en Dirk VII, graaf van Holland, inzake de rechten van hun wederzijdse kooplieden.
- 1200 november 3
-
Hendrik I, hertog van Brabant, en Dirk VII, graaf van Holland, sluiten een verdrag inzake het land tussen Maas en Schelde, waarbij onder meer de graaf afziet van zijn aanspraken op Breda.
- (1185 - 1210 december 31)
-
Hendrik, graaf (van Rietberg), en Godfried II, graaf van Arnsberg, (broers), schenken aan de abdij Mariënweerd een halve hoeve te Hal met aanhorigheden.
- 1222 september
-
Hendrik I, hertog van Brabant, sluit met Willem van Horn een overeenkomst over de twee betalingstermijnen van 300 mark Keuls die hij hem verschuldigd is voor het allodium Helmond en andere goederen in de Peel en belooft hem inzake de voogdij over goederen van Echternach een leenman te schenken. Dirk III, heer van Altena, staat borg voor de hertog.
- (1225 december 25 - ) 1226 (december 24)
-
Albert, heer van Cuijk, hernieuwt de schenking van een halve hoeve te Hal met aanhorigheden door Hendrik en Godfried II, graven van (Rietberg en) Arnsberg aan de abdij Mariënweerd en doet afstand van elk recht in die goederen of andere door de abdij door rechtmatige koop of schenking verkregen.
- 1233 juni 20
-
Godfried II, graaf van Arnsberg, hernieuwt de schenking door hem en zijn broer Hendrik aan de abdij Mariënweerd van een halve hoeve te Hal en de helft van het bos dat zij bezitten met Hendrik, heer van Cuijk.
- (1235) juli 17
-
Keizer Frederik II beveelt Hendrik I, hertog van Brabant, om de kerk van Berne, waarvan hij als keizer de voogdij bezit, te beschermen.
- 1236 september 15
-
Folpert van de Lek komt met Hendrik, heer van Cuijk, overeen dat, indien een zoon geboren wordt uit het huwelijk van Folpert met Margareta, zuster van Hendrik, deze de helft van zijn goederen in Holland zal erven en zal houden van de heren van wie Folpert ze houdt. Indien er een dochter wordt geboren, dan zal zij die helft houden van Folperts oudste zoon. Tevens wijst hij aan Margareta uit diezelfde goederen een jaarlijkse lijfrente toe van honderd pond Hollands en belooft dat de door hem gestelde borgen te Utrecht in leisting zullen gaan ingeval een en ander niet binnen twee jaar en zes weken zal zijn nagekomen.
- 1240 januari 10
-
Hendrik II, hertog van Brabant, staat aan zijn zuster Maria, gewezen keizerin, toe om de goederen van de abdij van Sint-Truiden te Aalburg gedurende zeven jaar in pacht te houden en bepaalt dat deze goederen integraal aan de abdij terugvallen indien zij binnen deze periode komt te overlijden.