Vorige: 
Wierik, abt van Sint-Truiden, beslecht op verzoek van Hugo, abt van Berne, het geschil tussen de abdijen van Sint-Truiden en Berne betreffende de kleine tiend te Berne en geeft deze tiend en de tiend van de uithof aan de abdij van Berne in pacht tegen een halve mark.
A1. Hasselt, RA, archief abdij van Sint-Truiden, toegangsnr. 715, inv. nr. 91, chirograafgedeelte bestemd voor de abdij van Sint-Truiden. Gelinieerd.
Aantekening op de voorzijde: 1o door gelijktijdige hand: SANCTVS TRUDO (aan de bovenzijde). – Aantekeningen op achterzijde: 1o door tweede helft 12e-eeuwse hand:De minuta decima Berne. – 2o door 14e-eeuwse hand: De minuta decima de Berne. – 3o door 14e-eeuwse hand: F. XXa.
Bezegeling: [SD1] uithangend bevestigd, dubbel doorgestoken, maar verloren zegel, dat niet aangekondigd is. – S2 uithangend bevestigd zegel, dat niet aangekondigd is, mogelijk van de abdij van Berne, zwaar beschadigd van bruine was.
[A2]. Niet voorhanden, chirograafgedeelte bestemd voor de abdij van Berne.
a. Van den Bergh, OHZ I, 97, nr. 152, naar A1 (gedateerd 1175). – b. Piot, Cartulaire I, 121-122, nr. 92, naar A1 (gedateerd 1175).
Van Bavel, Regestenboek Berne, 2, nr. 5. – Grauwels, Regestenlijst, [z.p.], nr. 91.
Deze hand schreef ook een oorkonde van Wierik, abt van Sint-Truiden, uit 1164 (zie Hasselt, RA, archief abdij van Sint-Truiden, inv. nr. 80).
Het gebruik van de kerststijl in het bisdom Luik is verondersteld, zie Camps, ONB I, XX, en Dillo-Van Synghel, ONB II, XVII.
In nomine sancte et individue Trinitatisa.
Wiricus, Dei gratia abbas sancti Trudonis.
Sicut ea que ad pacem et utilitatem commisse nobis ecclesie sunt summopere curare debemus, ita quoque honesto nobis parta labore, ne apud posteros, quod absit, oblivionis nube delitescant providere curavimus.
Eapropter notum facimus presentibus et futuris qualiter consilio et petitione dilecti confratris Hugonis, abbatis de Berna, ecclesie nostre ecclesieque Bernensi super veteri querimonia que inter nos orta fuerat propter minutam ipsorum decimam quam nobis iniuste subtrahere videbantur, consuluimus atque ipsius radicem querimoniȩ, ne forte in ramos maioris discordie consurgeret, funditus eradicavimus. Minutam igitur ipsorum decimam et decimam curtis eorum, quousque termini eiusdem curtis ab initio sunt locati, pro dimidia marca in pactum eis concessimus ipsamque dimidiam marcam in die sancti Trudonis preposito nostro, qui in presentiarum fuerit, persolvendam constituimus. Nec pretereundum quod eiusdem curtis terminos post hac in nostrum dampnum nequaquam eis licebit extendere, ne decimam nostram quod extra est, sub huius conditione pacti videantur includere. Siqua vero ecclesiastica vel laicalis persona huic nostrȩ compositionis scedule contradicere et eam in irritum devocare presumpserit, anathema sit.
Huius rei testes sunt: Herimannus, prior, Nicholaus, prepositus, Arnulfus, custos, Theodericus, prepositus de Alburg; laici vero: Arnulfus, Bullo, Marsilius, Franco, Theodericus et quamplures alii.
Acta sunt hec anno ab incarnatione Domini Mo Co LXXo Vo.
Egob Hugo subscripsi, ego Euerardus subscripsi, ego Euerardus subscripsi, ego Arnoldus subscripsi.
