Otto III, bisschop van Utrecht, bevestigt de abdij van Berne in het bezit van tien hoeven, behorende tot Maarsbergen en Maarn, met tienden en andere rechten, geschonken door zijn voorganger bisschop Andries.
A. Bernheze, Abdij van Berne, abdijarchief, inv. nr. IIA1. Beschadigd met tekstverlies.
Geen middeleeuwse aantekening op de achterzijde.
Bezegeling: S1 uithangend bevestigd zegel van Otto III, bisschop van Utrecht, zwaar beschadigd, van witte was.
B. 14e eeuw, Bernheze, Abdij van Berne, abdijarchief, 2e afd. A11, map 13, naar A.
a. Hoevenaars, in AAU 18 (1890) 133, naar A. – b. Heeringa, OSU II, nr. 763, naar A.
De Fremery, Supplement OHZ, 36-37, nr. 59. – Brom, Regesten sticht Utrecht, 149, nr. 772. – Van Bavel, Regestenboek Berne, 6, nr. 24.
Voor de schenking van deze goederen aan de abdij van Berne door Andries, bisschop van Utrecht, zie DONB nr. 1139.12.31(na 1134.09.23).
De lacunes in A zijn, waar mogelijk, aangevuld naar B.
In nomine sancte et individue Trinitatis.
Otto,a Dei gratia Traiectensis episcopus, universis Christi fid[elib]us s[alu]t[emin] perpetuum.
Notum facimus omnibus tam presentibus quam posteris quod nos perspecto privilegio predecessoris nostri domini Andree, bone memorie venerabilis episcopi Trai[ec]tensis, decem mansos sitos in confinio quod malscep Teutonice dicitur ad Mersberch et ad Mandern pertinens in Weste[rua]l[t c]um decima et censu a[tque] iustic[i]a [e]cclesie Bernensi eiusdem privilegii tenore cognovimus ipsum dono perpetuo contulisse. Nos ig[i]tur [hanc] piam memorati predecessoris nostri dona[t]ionem sicut ab eo iuste et racionabiliter facta est ratam habendo presentis scripti munimine confirmamus sub pena e[x]communicationis [in]hibentes ne aliquis homin[u]m huic [nostre] confirmationis pagine ausu temerario presumat contraire.
Testibus hiis: Wigero, sancti Petr[i, Go]zw[i]no, sancti Iohannis prepositis, Teoderico, sancti Iohannis, Iohanne, notario, sancti Petri, canonicis Traiectensibus; Gerhardo de Dolren, Arnoldo Rampe, Iacobo de Ingenhe et aliis pluribus.
Datum apud Horst, anno gratie Mo CCo XXVtoIIto, IXo kalendas iunii.
- Otto III, bisschop van Utrecht
- •
- Andries, bisschop van Utrecht
- •
- Maarsbergen
- •
- Maarn
- •
- Westerwoud
- •
- abdij van Berne
- •
- Wiger, proost van Sint-Pieter te Utrecht
- •
- Gozewijn, proost van Sint-Jan te Utrecht
- •
- Dirk, kanunnik van Sint-Jan te Utrecht
- •
- Jan, notarius, kanunnik van Sint-Pieter te Utrecht
- •
- Gerard van Dolre
- •
- Arnoud Rampe
- •
- Jacob van Ingen
- •
- Horst