Schepenen van Heusden oorkonden dat Aleid, weduwe van Dirk Alras, en haar zoon Jan aan abt en convent van Berne een jaarlijkse erfcijns schenken van twintig schelling uit haar huis en erf te Heusden.
A. Bernheze, Abdij van Berne, abdijarchief, inv. nr. IIJ16.
Aantekening op de achterzijde: 1o door 15e-eeuwse hand: Leyta Alras.
Bezegeling: S1 afhangend bevestigd zegel van Arnoud van Wijk, schepen van Heusden, zwaar beschadigd, van bruine was. ‒ S2 afhangend bevestigd zegel van Robert van Doeveren, schepen van Heusden, randschrift beschadigd, van bruine was.
Het gebruik van de paas- of boodschapstijl is verondersteld. Het gebruik door de schepenen van Heusden is aangetoond voor het begin van de veertiende eeuw, zie Avonds en Brokken, 'Heusden tussen Brabant en Holland', 32. Eerdere bewijzen of aanwijzingen voor het gebruik van een andere jaarstijl zijn niet voorhanden. De abdij Berne is in 1222-1230 overgegaan van kerst- naar paasstijl, zie Van Bavel, Regestenboek Berne, XXII. In navolging van De Fremery gaat Van Bavel bij de datering uit van het gebruik van kerststijl.
Universis presens scriptum visuris Arnoldus de Wiich et Robertus de Doueren, scabini in Hosdenne, noscere veritatem.
Constituti coram nobis Aleydis dicta Leyta, relicta Theoderici dicti Alras, cum suo tutore et Iohanne, filio suo, annos debitos pubertatis habente dederunt et assignaverunt domino abbati et conventui de Berne viginti solidos perpetue et hereditarie in die beati Lamberti supra talem hereditatem et domum quam habent infra Hosdenne habendos annuatim et recipiendos. Quos viginti solidos ipsa Lytaa predicta cum suo tutore et Iohannes, filius suus predictus, promiserunt predicto domino abbati et conventui monasterii de Berne annuatim dicto tempore warandizare.
In cuius rei testimonium nos predicti scabini sigilla nostra presentibus duximus apponenda.
Datum anno Domini Mo CoCo XCo primo, feriab secunda ante Valentini.