Schout, schepenen en gemeente van Leiden delen aan Jan, heer van Heusden, ridder, de toltarieven mee die de Leidse kooplieden vanouds verschuldigd zijn bij de tol van Heusden en verzoeken hem die te handhaven.
[A]. Niet voorhanden, waarschijnlijk eertijds te Brussel, ARA. In de fotodocumentatie van het Oorkondenboek van Holland en Zeeland is nog een foto van het origineel aanwezig, met tekstverlies. Blijkens deze foto was de oorkonde afhangend bezegeld.
Niet voorhanden.
a. Burgers, ‘Enkele nieuwe aanvullingen’, 191-192, nr. 5, naar de foto van het origineel. – b. Idem, De paleografie, II, 761-762, nr. 507 (met afbeelding CCLXIX), naar de foto van het origineel. – c. Dijkhof, OHZ V, 347-348, nr. 2847, naar de foto van het origineel.
Deze tekst is uitgegeven naar een afbeelding van het origineel, berustend in de documentatie van het Oorkondenboek van Holland en Zeeland, Den Haag (Huygens ING). Op deze afbeelding is een archiefstempel zichtbaar van het Algemeen Rijksarchief te Brussel. Ook is de oorkonde aldaar vermeld in inventarissen van de Tweede Sectie, nr. 65.
Deze oorkonde is geschreven door een scriptor uit Leiden, zie Van der Vlist, Oudste oorkonden, 21, hand B, en Burgers, De paleografie, I, 268-269, hand A.
De datering is gebaseerd op de schriftonwikkeling van de schrijver.
Enena edelen manne end enen besceyden Ianne, ri[d]dere end here van Hoesdunen, scout, scepene end d[e] ghemeente van Leyden salut end horen ewelicken diinst.
Wi doen u […]aenb met desen [..]ghenwordighenc letteren dat dit onse recht hevet gheweset in ven lande van ven ouderen, zo wanneer ene onser portere legghend hadde te Hoesdunen een schip an den lande iue mark[..]doerred ende hiit den tolnaer te wetene dade dattet daer van Leyden ware alse te verwaerne [..]recht van onser porte, zo zouden dat iaer doere alle schepe dy van Le[y]den quamen voer iue tolne varen om achte pennig Loeuens. Waer oec dat zake dat des nine gheviile, zo zoud een schip dat van onser porte ware ende zout gheladen hadde, te tolne gheven een vat zou[t] ende een lo[.]te, een sch[..f .d]at harinc iof bockinc gheladen hadde, zoude gheven virtich haringhe iof virtich b[.]ck[…..]g, end [..]nh loet; een schip dat sch[.]lvisi ghela[..]nj hadde, zoude gheven tuie schelvisk end [..]nk loet; e[..]l s[***]tm cabbeliau inne gheladen hadde, zoude gheven eenen cabbeliau, noch den minsten noch den [***]etn; een schi[.]o d[***]ladenp hadde cazen ende botere, zoude gheven enen caze n[..]hq den [***]r meeste[…..]s een loet. End een schip dat utvardich ware, dat zoude orlof bidden [***]t wiin binnen hadde, dat zoude gheven tuie brode en[***] p[.]n[***]u wiins. Hiirbi zo zoud gise schuldich wesen te gheleydene end t[***] als iue heerschap streckede. End want wi dit over enr[***] va[…]ue[***] daeromme zo bid wi iu noch vreendelicke doer Ghot [***]erdiintsv will[….]w ghiis ons [.]oertx gheunnen willet. Ende comans van onser porte [***] zultanighen rech[….]lsy zi haertoe hebben ghehat. End hirtoe zoe doet also, d[***]ghen u end iuen vreenden moeten [….]inen.z End of ghi enigherhande zake tonswart begherende ziit, [..]a' doet ons verstaen, wi wilre altoes ghereet ziin te doeneb'.