Jan II, hertog van Brabant, belooft aan Arnoud, heer van Heusden, en Jan van Heesbeen dat hij van hen niet meer zal vorderen dan het voorgeschreven bedrag, mocht de heer van Heusden het losgeld voor de gevangen Jan van Heesbeen niet willen betalen. (Deperditum)
Origineel noch afschrift voorhanden.
Deze oorkonde is bekend uit de Staat van charters van Holland en Zeeland, opgemaakt door mr. Pieter van Renesse van Beoostenzwene in 1441, zie Den Haag, Nationaal Archief, toegangsnr. 3.01.01, archief van de Graven van Holland, inv. nr. 2118, fol. 76v, nr. 18, waar onderhavige belofte wordt vermeld: Ian van Hesbenne, all wairt dat heer Airnt van Huesden alsulke gelden dair sii hem tiegen den hertoge voirsc., die hem hem (sic) om zekere brucken gevangen hadde, omme gecoft heeft, niet betalen en woude, so en soude die hertoge voirs. hemluyden niet meer mogen eysschen dan die voirscr. summe etc. Datum XIIC XCVIII, feria secunda post Letare.
Niet eerder uitgegeven.
Het gebruik van de paasstijl door de hertogen van Brabant is aangenomen, zie Camps, ONB I, XXI en nr. 333.