Lijstweergave
- 1240 november 8
-
Willem, heer van Horn, hecht samen met zijn broer Engelbert, ridder, zijn goedkeuring aan de schenkingen van Dirk III, heer van Altena, hun oom, aan het klooster Sint-Elisabethsdal te Nunhem.
- 1269 mei 4
-
Jan I, hertog van Brabant, geeft aan Willem, heer van Horn, ridder, de villa Loon op Zand met de hoge en lage rechtspraak en met de heiden, moeren en woeste gronden, alsmede een derde van de tiend van Tilburg en het bouwland met bossen en beemden te Udenhout in leen.
- 1288 maart 29
-
Walram, heer van Valkenburg en Monschau, oorkondt dat zijn leenman Willem II, heer van Horn en Altena, hem tot wederopzegging toestaat tol te heffen in diens gebied.
- 1306 april 16
-
Jan II, hertog van Brabant, neemt de abdij van Berne in bescherming en maant Gerard, heer van Horn en Altena, Jan, heer van Heusden, Albert, heer van Herpen, ridder, en Willem, heer van Cranendonk, ridder, ervoor te zorgen dat niemand de abdij kwaad berokkent. Indien dit toch gebeurt, gelast hij de schout van 's-Hertogenbosch en de overige rechtsdienaars in de Meierij om de abdij bescherming te verlenen.
- 1310 juni 7
-
Willem de Boc, Jan van der Dussen, Jan van Rijswijk, ridders, Dirk de Borchgrave en Robijn Lodewijks Bokelerszn., knapen, leenmannen van Gerard, heer van Horn en Altena, oorkonden dat Vastraad Arnoudszn. van Giessen ten overstaan van hen afstand doet van alle goederen en rechten die hij en zijn voorouders houden van de heer van Horn en Altena, met uitzondering van Poederoijen, in ruil waarvoor Gerard, heer van Horn en Altena, Vastraad beleent met de rechtspraak te Giessen en Andel tot een bedrag van tien schelling.