Lijstweergave
- 1295 november 15
-
Schepenen van Grave oorkonden dat Gerard, zoon van Brustijn, verkoopt aan heer Gijsbert, priester, ten behoeve van zijn kinderen een jaarlijkse erfcijns van zeven schelling minus vier penning, gevestigd op zijn hele erfgoed naast het kerkhof (te Grave).
- 1301 mei 1
-
Schepenen van Grave oorkonden dat Hendrik Haec verkoopt aan Jan, zoon van Lidekin, een jaarlijkse erfcijns van twintig schelling, gevestigd op zijn huis en erf te Grave.
- 1302 november 6
-
Schepenen van Grave oorkonden dat Jacob Spaenrebeen verschuldigd is aan Koenraad Sartor ten behoeve van de Tafel van de Heilige Geest te Grave een jaarlijkse erfrente van drie een een halve malder rogge, gevestigd op het erfgoed waar hij woont en op zijn hof (te Grave).
- 1303 februari 8
-
Schepenen van Grave oorkonden dat heer Zegebert, priester, aan Hendrik Roesinc verschuldigd is een jaarlijkse erfcijns van dertig schelling, gevestigd op zijn woonhuis.
- 1305 juli 24
-
Schepenen van Grave oorkonden dat Hendrik Budel aan Jan van Buderic een jaarlijkse erfcijns van twintig schelling verschuldigd is, gevestigd op zijn erfgoed op de markt te Grave.
- 1306 november 13
-
Schepenen van Grave oorkonden dat Rudolf, zoon van Anselm Quade, aan Koenraad Sartor ten behoeve van de Tafel van de Heilige Geest te Grave een jaarlijkse erfcijns van twintig schelling Tournoois verkocht heeft, gevestigd op twee stukken land, en dat Jan, knaap van Filips van Hemert, richter van Nederasselt, en enkele gerechtslieden aldaar getuigd hebben dat Rudolf en zijn echtgenote deze gronden ten overstaan van hen overgedragen hebben aan Koenraad, die deze opnieuw aan Rudolf en zijn echtgenote voor de genoemde cijns gaf.
- 1306 december 25
-
Schepenen van Grave oorkonden dat Ywein de Campo schenkt aan de Tafel van de Heilige Geest te Grave een jaarrente van een malder rogge, gevestigd op zijn erfgoed te Gassel.